Pijn- en symptoomcontrole en palliatieve sedatie

Als een behandeling of therapie niet het gewenste resultaat oplevert, zal het accent in de zorgverlening geleidelijk verschuiven van curatieve naar palliatieve zorg. Palliatieve zorg is niet langer gericht op genezing of levensverlenging, maar wel op comfort en kwaliteit van leven, zowel op lichamelijk, psychosociaal als spiritueel vlak.

 

Palliatieve zorg streeft ernaar om je pijn en andere symptomen zo goed mogelijk te behandelen of te verlichten. Dit heet pijn- en symptoomcontrole. Lees hier meer over de behandeling van pijn en andere klachten in palliatieve zorg.

 

Hoe verloopt het stervensproces?

 

In veel gevallen bezorgt het natuurlijk stervensproces de patiënt weinig of geen last. Het bewustzijn zal geleidelijk verminderen en klachten zullen verminderen. Als er toch klachten optreden, worden ze zo goed mogelijk behandeld. In de laatste uren en dagen treden een aantal natuurlijke verschijnselen op die bij het stervensproces horen, zoals een verminderde eetlust en een onregelmatige en luidruchtige ademhaling. Op het einde slaapt de patiënt steeds meer en zal hij of zij overgaan in een fase van verminderd bewustzijn. Uiteindelijk zal hij of zij in een diepe coma afglijden en sterven. Dit verloopt meestal vrij rustig en sereen.

 

Palliatieve sedatie

 

Soms is het toch niet mogelijk om bepaalde symptomen voldoende onder controle te brengen, ondanks gepaste en uitgebreide palliatieve zorg. In dat geval kan palliatieve sedatie worden toegepast. Bij palliatieve sedatie krijg je medicatie die het bewustzijn vermindert, zodat je geen last meer ondervindt van pijn of andere klachten. Het kan gaan om fysieke klachten (kortademigheid, pijn…) of psychische klachten (angst, emotionele uitputting…). Vaak is het een combinatie van klachten die tot de beslissing van sedatie lijdt.

 

Palliatieve sedatie is pas een optie als je symptomen onbehandelbaar zijn. We spreken van ‘refractaire symptomen.’ Palliatieve sedatie wordt enkel toegepast als de patiënt al stervende is, in de laatste dagen of hoogstens weken van het leven. Palliatieve sedatie wordt altijd heel zorgvuldig afgewogen in dialoog met de patiënt en zijn naasten. Als de patiënt er nog toe in staat is, wordt hij of zij goed geïnformeerd en bij de beslissing betrokken.

 

Sedatie is geen verdoving of narcose zoals bij een chirurgische ingreep: het is meer de toediening van erg sterke slaapmiddelen. Het kan dan ook een tijdje duren tot de patiënt voldoende slaperig is. Afhankelijk van wat er nodig is om de symptomen onder controle te krijgen, kan palliatieve sedatie licht of diep zijn. Bij lichte sedatie is de patiënt rustig, maar opent hij de ogen nog of beweegt als hij wordt aangesproken of aangeraakt. Bij diepe sedatie is de patiënt diep in slaap en reageert niet of nauwelijks.

 

Voor familie en vrienden is het belangrijk om te beseffen dat het enkele dagen of soms meer dan een week kan duren tot de patiënt uiteindelijk overlijdt. Sommigen vinden dit zwaar om te dragen. Anderen ervaren het als een mooie periode, waarin hun dierbare rustig is en ze tijd hebben om zich voor te bereiden op het afscheid.

 

Verschil tussen palliatieve sedatie en euthanasie

 

Er is vaak verwarring tussen palliatieve sedatie en euthanasie, maar er is een duidelijk verschil: anders dan euthanasie heeft palliatieve sedatie niet als doel om het leven van de patiënt te verkorten of beëindigen, maar enkel om het sterven draaglijker te maken. Omdat het enkel wordt toegepast bij mensen die al stervende zijn, heeft palliatieve sedatie nauwelijks invloed op de levensduur. Het is bovendien een normale medische handeling, dus anders dan bij euthanasie zijn er geen formulieren of aangifte nodig. Lees hier meer over euthanasie.

 

Meer weten over palliatieve sedatie?

  • Download hier onze brochure ‘Palliatieve sedatie’
  • Download hier onze brochure ‘Medisch begeleid sterven: een begrippenkader’