Volgens Luc Van Gorp is zingeving is misschien zelfs een belangrijkere component dan de klinische component. “Zorgkundigen denken nog te vaak vanuit hun eigen achtergrond. Ik ben arts en wil patiënt x beter maken”, zegt Van Gorp. “Dat moet natuurlijk ook. Maar die psychische, sociale en zingevende componenten zijn nóg belangrijker. Het welbevinden van de patiënt is het allerbelangrijkste en daar is zingeving een basis.”
In het interview heeft hij het over wat palliatieve zorg voor zijn organisatie betekent, wat hij verstaat onder geïntegreerde zorg, maar ook welke plaats zingeving krijgt (9:10 in video), hoeveel of net weinig dat nog met religie te maken heeft en hoe je zingeving volgens hem concreet kan invullen (12:20 in video).
Volgens Van Gorp moet ‘de zin van het leven’ niet zweverig te zijn of moet dat niet meer gebonden zijn aan een religie of geloof zoals de kerk, die vroeger het monopolie naar zich toe trok. “Die idee doet de jongere generatie snel afhaken. Dus moeten we op zoek naar hoe we die component wél weer kunnen benaderen.” En daar zijn al een aantal projecten voor uitgerold. Denk aan de wensambulance die de laatste wensen vervult. “Vaak zijn dat uitstapjes naar een plek waar de persoon veel herinneringen aan heeft en waar hij of zij nog eens naartoe wil omdat die plek veel betekenis voor hen heeft”, duidt Van Gorp. “Of denk aan de eindelevensverhalen waar Amfora hard mee bezig is. Daar tekenen de palliatieve personen hun leven op en hebben ze de kans om stil te staan, in gesprek te gaan, en nog te laten optekenen wat ze willen meegeven over zichzelf of aan de nabestaanden. Je hebt ook de levenskaarten met stellingen die het gesprek mogelijk maken omtrent levenseinde.”
“Maar eigenlijk moet je er gewoon kunnen zijn voor de palliatieve persoon. Soms zat ik te waken naast een palliatief persoon. Zware gesprekken hoefden niet gevoerd te worden. Ik moest ook niets speciaals doen buiten er gewoon te zijn. Dan kwamen de levensverhalen naar boven, werd uitgesproken wat nog van de lever moest en overleed de patiënt vervolgens rustig tegen de ochtend. Voor mij is dat basiszorg. En dat hoeft niets speciaals te zijn.”
Bekijk en/of beluister het interview hieronder.