De dood. Praat erover, niet eroverheen. Dat is de slogan van de Nederlandse SIRE-campagne die vandaag van start gaat. Daarmee wil de Stichting Ideële Reclame (SIRE) mensen laten stilstaan bij de waarde van praten over de dood, want “een gesprek over de dood verrijkt en verbindt”.
Voorafgaand de campagne deed SIRE onderzoek naar de mate waarin mensen wel of niet over de dood praten. Meer dan de helft van de Nederlanders gaf daarin aan niet genoeg te hebben gesproken over de dood met iemand die er nu niet meer is. Hierdoor heeft men niet goed afscheid kunnen nemen, en heeft men spijt: het verdriet is groter en het bemoeilijkt de rouw.
De campagne zet verschillende “dooddoeners” in de kijker, dat zijn dingen waar we het over hebben om vooral niet over de dood te praten. Hoe goedbedoeld ze ook zijn; deze dooddoeners vergroten het verdriet vaker wel dan niet.
Met uitspraken als: “Kunnen we het over iets gezelligers hebben?” (dooddoener nr.17) of “Ach, op zich wel een mooie leeftijd” (dooddoener nr.7) wordt de poging tot het relativeren van een verlies aangekaart. De campagne benadrukt dat praten net helpt, en spoort aan om gesprekken over de dood niet af te kappen of te negeren.
Niet enkel het praten over verlies wordt belicht, ook onderwerpen als vroegtijdige zorgplanning komen aan bod in de campagne. Zo is “Daar is nog tijd genoeg voor” een echte dooddoener op dat vlak. Het praten over de dood uitstellen tot het laatste moment, is niet zinvol. Op eender welke leeftijd praten over je wensen en noden, kan rust bieden voor jezelf en de mensen rondom je.
Onder iedere dooddoener verschijnt de zin “praat erover”, waar er telkens wordt uitgelegd waarom die specifieke uitspraak misplaatst is, en wat net wél zou kunnen helpen.
